Een
prachtige dag om te gaan schaatsen. De ijsbaan bij de Rollerhal ligt er
prachtig bij, en ik heb schaatsen kunnen lenen van de buurvrouw. Haar kinderen
waren er te groot voor geworden, en die van mij kunnen er prima in met wat
extra dikke sokken aan.
Het ijs is
mooi, net een spiegel en er zijn al veel kinderen en ouders van school langs en
op de baan te vinden. Ik sta samen met Joost naast de koek en zopie tent. De
geur van verse erwtensoep nodigt uit om een kopje te kopen, veel kinderen staan
er in de rij voor de chocolademelk die gratis is, voor de andere dingen als
koffie, thee en soep moet een klein bedrag worden betaald.
Joost is druk in gesprek met Mark, die ook met
de kinderen naar de baan is gekomen. Christel zie ik iets verderop staan, ze
helpt Sam de schaatsen aan te doen.
Afgelopen
woensdag was ik samen met Daantje naar haar toe geweest. Er waren meerdere
moeders uit de klas aanwezig, ook Chantal, wat me verbaasde. Dany zat toch
helemaal niet bij hun in de klas? Maar het werd al snel duidelijk dat er ook
enkele kinderen uit groep 3 mee deden, waaronder Sam en Dany die een prachtig
idee hadden uitgewerkt waar de meiden uit groep 2 ook aan mee konden doen.
Geïnspireerd op de waterspelletjes die de carnavalsvereniging elk jaar
organiseert. Een onderwerp wat prima past bij het thema van dit jaar. ‘De lol
kan niet meer op, want we kiezen het ruime sop.’
Het
verbaasde me wel dat Christel Chantal bij haar thuis liet komen. Ze zou de
geruchten toch ook wel gehoord hebben? Of waren het niet meer dan dat, roddels.
Ik hoopte het voor haar.
Nu staan we
naast de ijsbaan, Daantje maakt voor de vierde keer een pirouette zonder te
vallen. Ondanks het feit dat ze nog nooit eerder op de schaats heeft gestaan,
is ze nog maar een keer gevallen, en dat was toen ze het ijs op stapte. Daarna
had ze vlot haar evenwicht weer hersteld, en schaatste ze voorzichtig de eerste
rondje over de ijsbaan. Jordy had het meteen al onder de knie. Hij heeft thuis
skeelers waar hij geregeld op te vinden is, en dat is duidelijk terug te zien.
Joost rijkt
me een beker warme koffie aan, ik neem dankbaar een slok van de warme drank.
Ondanks mijn dikke sjaal en wollen muts, begin ik het toch aardig koud te
krijgen hier aan de kant. Ik loop een stukje langs de baan om mijn voeten wat
warmer te krijgen en kom naast Anke te staan.
‘Hoi, wat
leuk dat jij er ook bent!’ ‘Het is prachtig weer om te schaatsen.’ ‘Heerlijk
weer inderdaad. Maria had er zoveel zin in, die wilde gisteren na school al meteen
de baan op gaan, maar ik wilde nog even wachten tot vandaag. Maar wat leuk. Hoe
was het bij de psycholoog gegaan van de week? Ben je er al wat mee opgeschoten?’
‘Ja, ik heb al een begin gemaakt met het opschrijven van herinneringen, maar het
blijft moeilijk om er verder op in te gaan.’
‘Al het
begin is moeilijk, vergeet dat niet. En het is ook niet niets wat je allemaal
hebt meegemaakt. Ik ben blij dat je nu bij Joost bent! Je bent er zo van
opgebloeid!’
Daar kan ik
haar toch wel gelijk ingeven. Joost waardeert mij zoals ik ben, en ik hoef me
niet beter of anders voor te doen om aan zijn ideaalplaatje te voldoen. Alleen
die vrijheid al die hij me geeft zorgt dat ik me bevrijd vol en maakt dat ik
sinds jaren weer eens helemaal mezelf ben.
Van de week
begonnen met het opschrijven van alles op advies van de psycholoog. Ik heb
enkel nog maar de ontmoeting opgeschreven, de dag waarop alles zou veranderen.
Ik dacht altijd dat ik zulke goede mensenkennis had. Dat ik prima kon
vertrouwen op mijn intuïtie, maar ik had de kracht van een roze bril danig
onderschat. En dat viel en valt me nog steeds heel erg van me tegen.
Ik drink
mijn bekertje leeg en kan nog net op tijd mijn armen openen om Daantje op te
vangen die recht op me af komt schaatsen.
‘Kijk eens
mama! Hoe goed het al gaat! Mogen we vanavond ook weer komen? Dan is het
discoschaatsen met muziek en gekleurde lichtjes.’ ‘Ik zal het even met je vader
overleggen, maar ik vind het een leuk idee, dus dat komt wel goed!’
Joost en
Jordy komen nu ook naar mij toegelopen. En terwijl de kinderen hun schaatsen
verwisselen voor hun schoenen, kijk ik nog even in het rond. Het is duidelijk
te merken dat het etenstijd is. De mensen die de hele ochtend al op de schaats
hebben gestaan beginnen langzaam aan plaats te maken voor een nieuwe gading fanatiekelingen.
Het wordt tijd om naar huis te gaan.